Een jaar van boer tot bouwer: vijf lessen over de praktijk van biobased bouwketens

Circulair en biobased bouwen Voedsel en landbouw Mensen verbinden & begeleiden Vernieuwing realiseren

Vincent Oberdorf (hij/ hem)

Transitiemaker

Charlotte Derksen (zij/ haar)

Transitiemaker

Jeanet van der Woude (zij/ haar)

Transitiemaker

Johannes Regelink (hij/ hem)

Transitiemaker

6

In oktober 2022 zetten alle provincies hun handtekening onder een ambitieus plan: in acht jaar 900.000 nieuwe woningen bouwen. De bouw en onze gebouwde omgeving zijn verantwoordelijk voor 40% van de totale wereldwijde emissies, met een aanzienlijk aandeel voor de productie van fossiele bouwmaterialen. Bijna één miljoen huizen met fossiele grondstoffen bouwen is dus geen optie. Dit moet anders! En maakt de versnelling van biobased bouwen noodzakelijk. Daarom telen we samen met bouwende projectontwikkelaar VORM sinds januari 2022 bouwgrondstoffen in Mijnsheerenland. Om samen de keten aan te zwengelen. In vijf lessen maken we de balans op na een jaar pionieren.

  1. Beren negeren en gewoon doen

    Starten zonder concrete afzetkanalen? Dat deden we in 2021. Willen, kunnen durven en doen. Na een oproep ‘Biogrondstof zoekt bouwproduct’ op social media waren tien afzetkanalen voor het verbouwde sorghum in nog geen drie maanden concreet. De geoogste Sorghum wordt nu toegepast in bestaande bouw (bijv. isolatiemateriaal) of productinnovaties, zoals plaatmateriaal en mycelium isolatiepanelen. Balanceren tussen de beren op de weg en het durven om deze te negeren, bracht in deze transitie oplossingsgericht denken én een heldere koers.

  1. Participatie vraagt om een economisch verdienmodel

    Nederlandse boeren zijn bekend met verandering en innovatie. Het telen van bio grondstoffen is hen niet onbekend. De landbouwsector kent – zoals in iedere sector –  pionierende koplopers en enthousiaste achtervolgers. Boeren zijn geïnteresseerd! Zij investeren graag tijd en kennis in experimenten, met één belangrijke voorwaarde: er moet een economisch verdienmodel aan ten grondslag liggen. In ieder geval in de toekomst. De kennis van akkerbouwers en loonwerkers is  onmisbaar als we spreken over deze nieuwe teelten: precisie-zaaien, bemestingsregimes, onkruidbeheersing, oogstmechanisatie, droogmethoden, etcetera. De ontwikkeling en beloning van deze expertises is een waardevolle investering.

  1. De interne transitie: even belangrijk!

    VORM wil een aanjager zijn van de transitie naar biobased bouwen. Een strategische visie op managementniveau en steun voor sectorbrede innovatieprojecten zijn de basis. Samen met een groep ambassadeurs, die staan voor innovatie, wordt de transitie ook in de organisatie van VORM uitgedragen én uitgelegd! Waarom doen we dit, wat doen we en hoe pakken we dit samen aan. Samen op een maatschappelijke missie.

  1. Biobased vs. biodiversiteit

    Willen we het goed doen, dan kent de totstandkoming van de productielandschappen een goede balans tussen biodiversiteit, bodemkwaliteit, klimaatbestendigheid en productiviteit. Maar let op: het telen van grondstoffen levert niet direct biodiversiteit op. Leren van de fouten van de industriële landbouw is belangrijk. Denk aan grootschalige monoculturen die vanwege kunstmest en pesticiden funest zijn voor biodiversiteit en bodemkwaliteit. Gewassen en teeltmethoden aanpassen aan lokale omstandigheden zijn een voorwaarde voor een succesvolle transitie (bodemtype, droogteresistentie, bestaande vegetaties, grondgebonden ziekten). Snelheid en schaalbaarheid zijn daarbij twee elementen die in de grondstoffentransitie continu worden afgewogen, met de lange termijn impact en volhoudbaarheid van de nieuwe systemen.

  2. Kennisdeling: verbinden en samenwerken

    Kennis en voortgang delen, we doen het al vanaf de eerste dag. Staken de sorghumkiempjes nét het hoofd boven de akker uit? Een mijlpaal om te delen! Belangrijk. Om de transitie aan te jagen delen we iedere fase in het proces. Open communicatie versnelt kennisdeling. Dit is onmisbaar in een nieuwe productieketen.
    Voor deze keten hebben we elkaar keihard nodig in de sector. Kennis en inzichten optimaal benutten. Door het delen van plannen, voortuitgang, maar ook dieptepunten en briljante mislukkingen kunnen we écht van elkaar leren. Leren van elkaars successen en fouten. Wat je geeft, krijg je terug.

  3. Een open platform

    Hoeveel we ook produceren, de grootste impact van ons pioniersproject in Mijnsheerenland zit ‘m niet in onze 12 hectare. Het gaat over de transitie als geheel aanjagen. Het project is daarom met nadruk ook een platform voor ketenpartijen, potentiële afnemers, onderzoekers, en andere transitiemakers om met ons en elkaar te verbinden. De digitale verbindingsplek is al gelanceerd: de LinkedIn-groep van boer tot bouwer. Een fysieke verbindingsplek, een innovatielab vol met biobased bouwinnovaties, is onderweg.

    In 2023 nodigen we iedereen uit om met ons mee te doen!