Gebruik van circulaire materialen ondervindt nog veel drempels

bio-based Circulair en biobased bouwen Vernieuwing realiseren

Lisa van Welie (zij/ haar)

Transitiemaker

Het is geen verassing dat ook in de bouw de CO2-uitstoot omlaag moet, om in 2030 55% van de CO2-uitstoot gereduceerd te hebben en in 2050 CO2-neutraal te zijn. Onze transitiemaker Lisa van Welie heeft in opdracht van Stoomversnelling onderzoek gedaan naar kansen en knelpunten voor CO2-neutrale renovatieconcepten. De kans ligt bij het gebruik van circulaire bouwmaterialen, maar er zijn echter 23 knelpunten geconstateerd bij het toepassen hiervan.

Het verduurzamen van de bestaande woningvoorraad is één van de opgaves voor het behalen van de doelstellingen voor 2050. Door woningen hoogwaardig te renoveren zullen deze maar liefst 70-80% minder broeikasgassen uitstoten in vergelijking met niet gerenoveerde woningen. Deze renovaties zorgen op de korte termijn echter voor meer CO2-uitstoot door de materialen die hiervoor nodig zijn. Maar deze initiële CO2-uitstoot wordt al binnen 7 jaar gecompenseerd met behulp van “gangbare” bouwmaterialen en zelfs met 5 jaar bij het gebruik van circulaire bouwmaterialen.

Kansrijke circulaire bouwmaterialen

Als we verder inzoomen op de CO2-uitstoot van een huidig hoogwaardig renovatieconcept, is 10% veroorzaakt voor de bouwplaats, 30% door bouwdelen en 60% door installaties als zonnepanelen. Ondanks dat installaties de grootste bron zijn voor CO2-uitstoot, zijn hiervoor maar weinig alternatieven beschikbaar. Voor de bouwdelen is dit wel het geval, namelijk circulaire hernieuwbare materialen (zie de tabel hieronder).

circulaire hernieuwbare materialen

Door het deels toepassen van circulaire bouwmaterialen in een vergelijkbaar hoogwaardig renovatieconcept is de initiële CO2-uitstoot in 5 jaar terugverdiend. Dit is 2 jaar sneller dan een renovatie waarbij geen circulaire bouwmaterialen zijn toegepast.

23 knelpunten voor gebruik circulaire materialen

Afgezien van het feit dat een renovatieconcept met circulaire bouwmaterialen initieel al voor 19% minder CO2-uitstoot zorgt, wordt dit nog maar beperkt ingezet door de bouwsector. Verschillende partijen in de bouwsector ervaren namelijk 23 knelpunten op verschillende systeemniveaus:

Institutioneel

  1. Normeringen worden opgesteld vanuit huidige belangen
  2. Een gebrek aan integraliteit tussen de MPG en BENG
  3. Er is te weinig data over de milieu-impact van producten
  4. Belangenverstrengeling in uitvoering levenscyclusanalyse maakt de uitkomst onbetrouwbaar
  5. Er zitten weeffouten in de MPG
  6. Er zitten weeffouten in de BENG
  7. Het normering- en certificeringssysteem vormt een barrière

Technisch

  1. Beperkt aanbod van circulair ontworpen installaties
  2. Beperkte bewegingsvrijheid in bestaande bouw
  3. Toepassing van alternatieven zonder herontwerp leidt niet altijd tot meeste CO2-reductie
  4. Zorgen over ruimtegebruik voor productie

Economisch

  1. Circulaire materialen hebben onvoldoende schaalvoordeel
  2. De aanschafprijs is leidend – deel I
  3. De aanschafprijs is leidend – deel II

Sociaal/cultureel

  1. Circulaire materialen worden gezien als risicofactor
  2. Imagoprobleem door verkeerde toepassing
  3. Circulariteit heeft geen prioriteit
  4. De markt verwacht “een gevel van baksteen”
  5. Bedrijven moeten zichzelf opnieuw uitvinden

Kennis

  1. Het eindbeeld voor de circulaire transitie ontbreekt
  2. Door een gebrek aan consensus zijn partijen afwachtend
  3. Onbekendheid leidt tot extra barrières
  4. De ‘onvolwassen’ energietransitie is niet klaar voor de circulaire transitie

Hoe kunnen we deze knelpunten wegnemen?

Volgens Lisa van Welie is het met name belangrijk dat de regelgeving verbeterd wordt door het denken in kringlopen te ondersteunen: “De knelpunten laten zien dat de energie- en circulaire transitie het elkaar niet makkelijk maken. Vooral in wetgeving wordt dit duidelijk. Het gebruik van hout wordt in de TO-juli niet bevorderd en de inzet van duurzame installaties weegt zwaar in de MPG. Oftewel: Wat goed is voor het één hoeft niet goed te zijn voor het ander en wetgeving biedt geen houvast bij waar je goed aan doet. Dit komt o.a. doordat het niet mogelijk is producten integraal op CO2-uitstoot te beoordelen in de productie en gebruiksfase.”

Veel partijen zijn bereid de uitdaging aan te gaan

Lisa van Welie merkt dat er nu veel meer partijen zijn met de wil en de bereidheid om aan de slag te gaan met circulaire bouwmaterialen. Dat is een verschil met een aantal jaar geleden, toen de energietransitie nog alle aandacht vroeg. Die energie en motivatie is nodig om knelpunten te doorbreken en oplossingen te realiseren.
Een van haar aanbevelingen om deze circulaire beweging in de bouw te versnellen is: dat de instapdrempel verlaagt moet worden voor nieuwe circulaire producten, door het aanpassen en aanvullen van de beoordelingscriteria en testmethoden.

Lees alle details en aanbevelingen van het onderzoek in het rapport.

Wil jij aan de slag met circulaire bouwmaterialen en heb je advies nodig?
Of heb je vragen over het onderzoek? Neem dan contact op met onze transitiemaker Lisa van Welie.